S

Lees informatie over sterilisatie van de voedster.

  • Sterilisatie van de voedster

Sterilisatie van de voedster

Sterilisatie van de voedster

Bij de sterilisatie worden de eierstokken en, indien afwijkend, de baarmoeder verwijderd. De voedster is geslachtsrijp vanaf 4 maanden en kan vanaf 6 maanden gesteriliseerd worden. Het voordeel van zo jong steriliseren is dat de operatie minder risicovol is vanwege minder vet in de buik. Steriliseren wordt sterk geadviseerd i.v.m. de grote kans op baarmoederkanker op latere leeftijd.

Eigenlijk spreken we, zowel bij rammen als bij voedsters, van castratie. Bij de voedster worden de baarmoeder en de eierstokken verwijderd. Bij sterilisatie worden alleen de zaad- of eileiders afgebonden en doorgeknipt. Bij sterilisatie wordt het konijn dus onvruchtbaar, maar de hormoon productie blijft intact. Sterilisatie komt tegenwoordig veel minder vaak voor. Toch blijven we het sterilisatie noemen om verwarring te voorkomen.

Voordelen

  • Geen kans meer op baarmoederkanker
  • Geen kans op nakomelingen
  • De voedster zal minder agressief worden na sterilisatie, ze zal minder de neiging hebben om haar voer of hok te verdedigen
  • De voedster zal zindelijk worden, aangezien de neiging om haar territorium af te bakenen verdwijnt
  • Geen schijnzwangerschap meer

Nadelen

  • Elke narcose heeft een (heel klein) risico

Voor de operatie

In tegenstelling tot katten en honden is het bij konijnen juist belangrijk dat ze niet nuchter zijn voor de operatie. Konijnen kunnen namelijk niet braken en dit is de reden waarom honden en katten wel nuchter moeten zijn. Nog belangrijker is het feit dat de darmen van een konijn nooit stil mogen liggen, omdat deze dan heel moeilijk weer op gang komen. Er moet dus altijd voedsel in de darmen van een konijn zitten. We vragen u daarom ook als u uw konijn komt brengen voor castratie om zelf voer mee te nemen. U weet zelf immers het beste wat uw konijn graag eet. Na de operatie is het van belang om het konijn zo snel mogelijk weer aan het eten te krijgen.

De operatie

De voedster wordt onder algehele narcose gebracht met een narcosemiddel dat licht doseerbar is. Als de voedster onder narcose is, krijgt ze pijnstilling en infuus met glucose onderhuids toegediend. Het konijn blijft, terwijl hij onder narcose is, verwarmd met een warmtemat en hot-pack. Via een snee in de buik worden de eierstokken en, indien afwijkend, de baarmoeder verwijderd. De wond wordt onderhuids gehecht. Deze hechtingen lossen vanzelf op en hoeven dus niet te worden verwijderd.

Na de operatie

U kunt het konijn een paar uurtjes later weer ophalen. U krijgt pijnstilling mee voor het konijn. Belangrijk is dan dat het konijn even een aantal dagen binnengehouden wordt, ook als het konijn normaalgesproken buiten zit. Door de narcose kan het konijn namelijk zelf zijn temperatuur niet goed regelen. Leg een warme kruik onder een handdoek in het hok. Belangrijk is dat het konijn vers voer tot zijn beschikking heeft, aangezien het zo snel mogelijk weer moet gaan eten. Ook moet er vers drinkwater aanwezig zijn, het liefst in een bakje, zodat het konijn er goed bij kan. Als het konijn na 24 uur nog niet heeft gegeten, neem dan contact op met de dierenarts. Verder is het ook van belang dat u de wond de eerste tijd even in de gaten houdt. Houdt de voedster en een ram een aantal dagen gescheiden, zodat de voedster in alle rust kan herstellen van de operatie.

Terug naar Konijnen informatie